Het is donderdag 25 januari en de winter is met acht graden voorlopig ver te zoeken. Om drie uur verzamelen zich vijf kajakkers bij de VADA loods om de boten in te pakken. Haiko, Casper, Hans, Paul en ik. Edwin pikken we op bij de Parenco want nog druk aan het werk, zijn boot ligt al bepakt op de trailer. We mogen de VW bus van Melinda lenen, zo is Marc er ook nog een beetje bij. Nico zal als chauffeur fungeren. Wat een service, wat een luxe!! Klokslag vier uur vertrekken we: op naar de Kanuverein Wiesbaden. De eerste biertjes gaan al vrolijk rond in de bus. We zijn er rond half negen en worden met open armen en hoogwater ontvangen. Het clubhuis staat met de voetjes in het water maar is via planken bereikbaar. De Bitburgers gaan vlot naar binnen terwijl de clubhuisbaas en zijn vrouw een stevige Schweinensteak-mit-pommes-und-salat voor ons bereiden. Het word heel gezellig met wederzijdse proeverijen van zelfgestookte drankjes. Mijn koffielikeur valt zo in de smaak dat de baas zelfs een karafje aftapt. Voor later. Casper, Hans en ik steken nog even de brand in een mooie corona en dan rollen we onze matjes en slaapzakken uit in het clubhuis.We zitten de volgende ochtend om 10 uur in de boot. De Rijn stroomt fors maar er is nauwelijks scheepvaart of wind dus het peddelen is relaxed. We varen zo’n 15 km/u. Dat schiet nog eens lekker op! Vlak voor Bingen komt ons plots een blauwe boot tegemoet. Aaii, dat ziet er iets te officieel uit en ja hoor: we worden langszij een wasserschutz polizei boot gezwaaid. De wasserpegel is met 500 cm nog 10 cm te hoog en we moeten naar de wal, geen ontkomen aan, schifffahrt eingestellt. Na 25 km even uit met de pret. Wij peddelen door het stadspark terug naar het havenhoofd van Rüdesheim en gaan tegenover de dienststelle uit de boten. De mannen van de Polizei zijn onder de indruk. Zomaar zonder ronkende diesel tegen de stroom in: respect man! Met uitzicht op de Mäuseturm zitten we op een bankje en maken er het beste van met een stevige lunch en een biertje. Een uurtje later komen twee sehr gemutliche beambten uit de dienststelle aangewandeld om een praatje te maken. Eigenlijk vinden ze het allemaal wel stoer en prima maar ja: ordnung muss sein. Wat wij eigenlijk vannacht van plan zijn? Tsja….gewoon een tentje opzetten. Nun ja, dass isst eigentlich nicht gestattet aber mit dem heutigen not situation…kein problem und noch ein schone abend die Herrschaften. Prima gasten! We maken nog een wandeling naar het dorpje langs de resten van de Hindenburg brug. Met Pruisische grundlichkeit door de Wehrmacht in april ‘45 opgeblazen en nooit meer opgebouwd waardoor de bevolking in de wijde omtrek tot op de huidige dag van pontjes gebruik moet maken. Gelukkig kunnen we onze biervoorraad wat op orde brengen want zo’n ongepland middagje rondlummelen hakt er toch fors in. Paul werd er al een beetje zenuwachtig van.
We koken gezamenlijk, genieten van de zonsondergang en het uitzicht en zitten nog tot laat met een borrel in de hand buiten te kletsen. Volgens Edwin en ik wordt er niet gesnurkt. De rest vindt van wel.
Om half acht roept Haiko dat we mogen varen, de pegel is gezakt tot 487 cm. Snel ontbijten. Hans zet koffie en bakt eieren met salami voor ons. Even opruimen en varen maar! Er komt zowaar een zonnetje door als we met een rotgang het Binger Loch in schieten. Tot in de 17e eeuw was de Rijn hier niet bevaarbaar door een drempel van kwarts dwars op de stroomgeul. Met buskruit is er in later eeuwen een (smalle) doorgang gemaakt. We hebben een stevige tegenwind en er is veel turbulentie in het water. Er staan steile golven dus oplettend varen. De stroom is zo hard dat er gigantische boeg- en hekgolven om de boeien staan. Ruim passeren want daar tegen aan klappen is echt linke soep. Haiko roept enthousiast dat we dik twintig km/u gaan. Edwin geniet en is samen met Casper al een stuk vooruit. Ik vind het stiekem best een beetje spannend. Na een kwartiertje wordt het allemaal iets rustiger en kunnen we weer van de omgeving gaan genieten. Fraaie kastelen op de bergen en vakwerkhuisjes die tot aan de voordeur in het water staan. Er is opvallend weinig scheepvaart, eigenlijk nul…er zal toch niet weer…nah, dienststelle Bingen zei dat we konden varen!We pauzeren vlak voor de Loreley. De doorvaart daar is berucht. Er ontstaan spontaan forse draaikolken op onverwachte plekken doordat de stroming hier ook een verticale component heeft. Voor grote scheepvaart lastig in dat smalle gat, voor ons kajakkers alleen maar leuk en apart. Hans denkt zelfs dat hij een nimf hoort zingen. Hij wel. We peddelen rustig verder, houden nog een korte pauze en krijgen bezoek van een vriendelijke beverrat die om een stukje brood komt schooien. Het is hem gegund en voldaan zwemt hij even later verder. Rond half drie zien we Koblenz in de verte verschijnen. We kijken nog even in een nevengeul maar steken dan de monding van de Moezel over en gaan midden in de stad, recht tegenover Deutsches Eck, aan wal op een deels ondergelopen en verlaten camping. We zitten net aan een verdiend biertje als zich in de stad een blauwe boot losmaakt van de wal. En jawel hoor, oom agent is er weer! Maar omdat wij tussen de bomen en over de hekken zijn gevaren kunnen ze ons niet bereiken. Ook de praai installatie doet het niet en kraakt alleen een beetje. Onverrichterzake draait de boot nog wat rondjes op de rivier en druipt dan af. Verstandig belt Haiko met de dienststelle Koblenz, daar scoren we bonuspunten mee. Er is een vaarverbod bij Koblenz en men heeft al een Streiffenwagen op pad gestuurd maar die kan ons niet vinden zonder natte voeten te krijgen. Bezorgt informeert men of we wel veilig staan en laat het er verder bij. We beloven morgen weer te bellen en zetten de tentjes op. Paul heeft vanavond de supervisie over het diner. Foie gras op toast geserveerd met muskaat wijn, canard met puree en flageolet bonen. Kajakkers eten graag op stand en de wijn vloeit rijkelijk. Wat smaakt zondig eten toch goed na een dagje varen. De eenden botjes gaan hup, de Rijn in. Om elf uur komt de scheepvaart plots weer op gang.
Zondagochtend is het water zeker een halve meter gezakt en ligt er voor ons een eenden kerkhof op de modder. Na de koffie en eieren van chef-kok Hans is het opruimen en gaan we de boten weer in. Het mag weer, alles is vrijgegeven voor de scheepvaart. De dienststelle wil nog wel even onze personalia voor de administratie. We spreken af dat de volgende dienststelle dat zal afhandelen. Inderdaad komen we de patrouilleboot bij Andernach tegen en vriendelijk worden we verzocht even de haven in te draaien. We gaan langszij en op een bloknootje schrijven we met kouwe vingers onze namen. Alles voor elkaar, alleen ons afval nog, zou u wellicht? Geen probleem hoor en met een ferme zwaai geeft Casper onze volle afvalzak aan de relaxte beambte. Als vrienden nemen we afscheid en men wenst ons nog een fijne tocht. Vrolijk varen we verder langs de Erpeler Lei en de overgebleven pijlers van de beroemde brug bij Remagen. Het is rustig op de rivier, er is niet zoveel scheepvaart, wel nog steeds een pittige stroom. Bij Bad Honnef gaan we de nevengeul in en pauzeren op het eiland Nonnenwerth bij het klooster. Moederoverste Renate komt even poolshoogte nemen en een praatje maken. Ze verteld dat er nog twaalf oudere nonnen en een enkele pater in het enorme, uit de 10e eeuw stammende, gebouw wonen. Met een bezorgd: Vorsicht mit der Strömung und macht keine Unfalle! neemt ze afscheid.
Het is nog maar een stukkie naar Bonn en al snel varen we langs zonnige promenades en stadsparken met wandelaars. We zien onze eerste Duitse kajakker en vinden een super bivakplekje op een net drooggevallen bebost schiereiland midden in de stad. Hier staan we niemand in de weg en zal niemand ons vinden. Tenten opbouwen, een klein slokje en koken maar. Haiko heeft vanavond de supervisie over de rijst met tonijn en de noedels met kip en bamboe. Er wordt tot laat geappt met het VADA thuisfront dat benieuwd is naar onze avonturen. Casper, Hans en ik genieten van de laatste sigaren.
Voor de laatste keer ruimen we de boten in en kwart voor tien draaien we de stroming in. Vandaag nog maar 58 km tot de pont bij Zons, de afgesproken oppik plaats. Er is wel wat wind opgestoken en langzaam aan blaast die ook steeds harder. Bij tijd en wijle is het werken geblazen dus. Er is ook duidelijk meer scheepvaart en af en toe staan er serieuze golven. Ik moet een keer vol in de lage steun en het water komt tot aan mijn oksels. Ook nog steeds voldoende stroom om flink voortgang te maken en snel zijn we bij Keulen. Weer een blauwe boot, moet niet gekker worden, maar deze keer varen ze ons gewoon voorbij. Dat is wennen! Edwin stelt voor om even bij de Dom uit de boot te gaan voor een biertje maar de rest kijkt met een schuin oog naar de golven en de hoge kade en we besluiten dat het ons geen nat pak waard is. Sorry Ed! De wind neemt serieus toe en we worden bijna tussen de kribben geblazen. Gezamenlijk steken we over naar de hoge wal. Zo, dat vaart even fijner. We pauzeren uit de wind met de rug tegen kilometerraai 694. Nog vierentwintig kilometer. De wind blijft stevig door blazen en er moet nog even doorgebeten worden. Oplettend varen zodat je niet wordt omgeblazen.
Even na drie uur is daar dan de pont. We kunnen er goed uit de boot, kleden ons om en zetten koffie achter een stenen muurtje uit de wind. Een slokje whiskey en een allerlaatste, want lekke, sigaar. Verbaasde blikken maar vriendelijke praatjes met wandelaars. We voelen ons een beetje als landlopers en eigenlijk zien we er ook zo uit met al die Rijn blubber overal. Dan is daar Addie met de bus en de trailer. De thuisreis gaat vlot en na een gezamenlijke rijsttafel op de Grebbedijk is het voorbij. Een gedenkwaardige tocht. Hoogwater, veel stroom, kamperen, gezelligheid, kameraadschap en ontmoetingen met vriendelijke Duitsers. Casper, Edwin, Paul, Hans, Haiko, Nico en Addie: bedankt!